Er zijn twee soorten ijzer in voedsel: heemijzer en non-heemijzer.
Heemijzer wordt het best opgenomen door je lichaam en zit in:
- Vlees: Rundvlees, lamsvlees, varkensvlees, kip
 - Vis: Schaaldieren, mosselen, sardines, tonijn
 - Eieren: Eigeel
 
Non-heemijzer wordt minder goed opgenomen, maar je kunt de opname verhogen door het te combineren met vitamine C-rijke voedingsmiddelen. Non-heemijzer zit in:
- Peulvruchten: Bruine bonen, linzen, kikkererwten
 - Groene bladgroenten: Spinazie, boerenkool, broccoli, postelein
 - Noten en zaden: Pompoenpitten, cashewnoten, pinda's
 - Volkoren granen: Volkorenbrood, volkorenpasta, zilvervliesrijst
 - Gedroogde vruchten: Abrikozen, rozijnen, vijgen
 
Tips om de ijzeropname te verhogen:
- Eet tegelijkertijd met ijzerrijke voedingsmiddelen vitamine C-rijke voedingsmiddelen, zoals citrusvruchten, kiwi, paprika of broccoli.
 - Vermijd koffie en thee bij de maaltijd, want deze kunnen de ijzeropname remmen.
 - Kook in een gietijzeren pan, want hierdoor komt er extra ijzer in je eten.
 
Voedingsmiddelen met veel ijzer:
- Bruinbrood: 0,6 mg ijzer per sneetje
 - Volkorenbrood: 0,9 mg ijzer per sneetje
 - Roggebrood: 1,5 mg ijzer per sneetje
 - Volkoren macaroni: 0,6 mg ijzer per 50 gram (gaar)
 - Muesli: 0,8 mg ijzer per 3 eetlepels
 - Evergreen biscuit: 1,6 mg ijzer
 - Rundvlees: 2,5 mg ijzer per 100 gram
 - Lamsvlees: 2,0 mg ijzer per 100 gram
 - Spinazie: 3,6 mg ijzer per 100 gram
 - Linzen: 6,6 mg ijzer per 100 gram
 - Pompoenpitten: 15 mg ijzer per 100 gram
 
 
Let op:
Deze informatie is alleen ter indicatie. Als je een ijzertekort hebt, is het belangrijk om contact op te nemen met je huisarts.